aanvullend pensioen voor zelfstandigen zonder vennootschap

Naast het Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ) en de Individuele Pensioentoezegging voor zelfstandigen met vennootschap (IPT) bestaat er ook nog de POZ, het aanvullende pensioen voor zelfstandigen zonder vennootschap.  Wat houdt deze laatste opbouw van het pensioen voor zelfstandigen in en welke voorwaarden zijn van toepassing? De specialisten van Finaid.be zetten alles op een rijtje.

De POZ is een regeling van pensioenopbouw die in het leven werd geroepen voor zelfstandigen die zonder vennootschap werken. Naast de VAPZ kunnen deze hun pensioen verder aanvullen met een POZ. Het pensioen voor zelfstandigen zonder vennootschap is echter fiscaal minder interessant dan een Vrij Aanvullend Pensioen voor zelfstandigen en moet dan ook eerder als een aanvulling op de VAPZ gezien worden.

Voorwaarden

Om in aanmerking te komen voor de POZ moet je niet een vrije beroeper zijn in hoofdberoep, in bijberoep kan je ook al een beroep doen op deze regeling. Indien je in bijberoep aan de slag bent als zelfstandige, moet je wel minimum 3 jaar actief zijn als zelfstandige en een minimale sociale bijdrage betalen. Voorts staat het systeem van POZ open voor meewerkende echtgenoten en helpers op zelfstandige basis.  

De premies die je daarvoor stort, leveren je een fiscaal voordeel van 30% (+ gemeentetaks) op. Het bedrag dat de zelfstandige maximaal kan storten voor één jaar wordt beperkt door de 80%-regel voor de POZ. Die wordt berekend op basis van het gemiddelde inkomen van de voorbije drie jaar en verschilt dus van de berekeningswijze van de 80%-regel voor individuele pensioentoezeggingen (IPT) die enkel kan gebruikt worden door zelfstandigen met een vennootschap.

Het gespaarde kapitaal bij een POZ kan ten vroegste uitgekeerd worden wanneer de zelfstandige met wettelijk pensioen gaat of wanneer hij in aanmerking komt voor een (vervroegd) wettelijk pensioen. De uitkering wordt belast tegen 10% (+ gemeentebelastingen) en via een solidariteits- en invaliditeitsbijdrage. Ook bij overlijden moeten deze belastingen betaald worden.

Tak21 én tak23

Bij een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen (VAPZ) wordt er enkel geïnvesteerd in tak 21, waarbij de klant een gewaarborgd rendement geniet. Investeren in tak 23, waarbij het rendement samenhangt met de resultaten van één of meerdere onderliggende fondsen, kan niet bij een VAPZ. Dat is anders bij een POZ, waarbij zowel tak 21 als tak 23 mogelijk zijn. In tijden van bijzondere lage rentes is dit een opportuniteit voor de zelfstandige om mogelijk uitzicht te krijgen op een hoger rendement.

Inhaalstorting

Net zoals bij een IPT is het bij een POZ mogelijk om een backservice te doen. Dat is een inhaalstorting voor fiscaal niet benutte ruimte uit het verleden. Het wordt mogelijk om vanaf de datum van onderschrijving van de POZ tot 10 jaar terug te gaan. Wordt wel maximaal teruggerekend tot 1 januari 2018, zodat tijdens de eerstkomende jaren de ruimte voor de backservice beperkt zal zijn. 

Een VAPZ biedt een groter fiscaal voordeel dan de POZ, maar laat niet toe om in tak 23 te investeren. Bij een POZ kan dat wel. Een POZ kan zelfstandigen zonder vennootschap toelaten om hun fiscale korf (na het volstorten van hun VAPZ) nog verder te optimaliseren. Het is aan de zelfstandige om te beslissen of hij VAPZ én POZ neemt, of toch voor een aanvullend pensioen voor zelfstandigen kiest en zijn resterende centen aanwendt voor langetermijnsparen of pensioensparen.

Nog vragen?

Contacteer ons voor een vrijblijvende afspraak.
Je zal ervan versteld staan wat we voor jou kunnen betekenen.